Oorspronkelijk maakte de Balinese dans deel uit van religieuze rituelen. Nog steeds kun je tijdens tempelceremonies de Balinezen zien dansen op oosterse muziek. Hierbij worden zowel fluiten als slaginstrumenten gebruikt, zoals de gong, drums en xylofoon. Iedere beweging telt, zelfs van de vingers.
De Balinese cultuur kent verschillende soorten dansen. Zo wordt de elegante Legong Dans meestal uitgevoerd door jonge meisjes die er prachtig uitzien. In de Barong Dans, waarbij een masker wordt gedragen, staat een dier centraal en de strijd tussen goed en kwaad. De Kecak Dans, de bekendste dans onder toeristen, is een rituele dans waarbij de deelnemers in trance raken. Hierbij wordt de klank 'tjak' in allerlei ritmes en verschillende tempo's gebruikt.
Tegenwoordig worden in Bali veel dansvoorstellingen voor toeristen opgevoerd. Hiervoor kun je o.a. terecht bij het Puri Saren Agung paleis in Ubud en in de omgeving van deze plaats. Aangezien de traditionele dans normaal gesproken meerdere uren kan duren, wordt voor toeristen vaak de voorstelling ingekort. Hierdoor wordt het lastig om de verhaallijn te doorgronden. Het blijft echter een mooie ervaring om de sierlijke, complexe bewegingen van de danser te volgen.
