Wie aan Hongkong denkt, ziet meestal een grote stad voor zich: wolkenkrabbers en mensenmassa's. Dat blijkt slechts één kant te zijn van Hongkong. Morgen gaan we Lamma Island bezoeken, dat bijna verontrustend stil is. Vandaag staat een bezoek aan Po Lin Monastery op de planning.
De eerste dagen van onze reis hebben we vooral de stadskant ervaren. Dubbeldekker-trams (met zo'n laag plafond dat je nauwelijks kunt staan), volle metro's, onvergetelijke belevenissen in Shenzhen, het uitzicht vanaf The Peak, wandelen tussen de hoogbouw en natuurlijk het eten van een bubble wafel!
Al een stuk minder stads is onze busrit naar Po Lin Monastery: beroemd om de Grote Boeddha en het fantastische uitzicht. Er gaat ook een kabelbaan naar deze plek, maar die rit is nogal prijzig – we blijven tenslotte Nederlanders – en bovendien is het mistig. We verwachten dat er weinig te zien is vanuit de kabelbaan. Dus hobbelen we met een bus (hallo haarspeldbochten) langs slingerende wegen (hallo ravijn) naar de top.
Eenmaal boven aangekomen, komen we een groep Aziatische toeristen tegen. Ze zijn stomverbaasd, omdat René en ik meteen doorhebben dat ze uit Indonesië komen. Het feit dat ze meteen met ons op de foto willen, verraadt het al: dat hebben we vaker meegemaakt.
Het is geweldig om bij Po Lin Monastery een kijkje te nemen. De beelden op de heuvel zijn immens. Het is een toeristische plek, maar de omgeving is prachtig. Hier zijn verschillende restaurants waar je vegetarisch kunt eten. Picknicken is ook toegestaan, mits je geen vlees eet.
Op de terugweg doen we een tussenstop, vooral omdat ik de naam van die metrohalte zo mooi vind: Sunny Bay. Hier moeten we wel een kijkje gaan nemen. Inderdaad: hier is een baai en er is zelfs nog een beetje avondzon. Alleen de vliegtuigen boven ons verraden dat we toch echt in een drukke stad zijn.
Daar, bij Sunny Bay, zien we de zon in de zee zakken. Om ons heen zijn nauwelijks mensen. Het is even stil geworden. Ook dát is Hongkong.
Al een stuk minder stads is onze busrit naar Po Lin Monastery: beroemd om de Grote Boeddha en het fantastische uitzicht. Er gaat ook een kabelbaan naar deze plek, maar die rit is nogal prijzig – we blijven tenslotte Nederlanders – en bovendien is het mistig. We verwachten dat er weinig te zien is vanuit de kabelbaan. Dus hobbelen we met een bus (hallo haarspeldbochten) langs slingerende wegen (hallo ravijn) naar de top.Eenmaal boven aangekomen, komen we een groep Aziatische toeristen tegen. Ze zijn stomverbaasd, omdat René en ik meteen doorhebben dat ze uit Indonesië komen. Het feit dat ze meteen met ons op de foto willen, verraadt het al: dat hebben we vaker meegemaakt.
Het is geweldig om bij Po Lin Monastery een kijkje te nemen. De beelden op de heuvel zijn immens. Het is een toeristische plek, maar de omgeving is prachtig. Hier zijn verschillende restaurants waar je vegetarisch kunt eten. Picknicken is ook toegestaan, mits je geen vlees eet.
Op de terugweg doen we een tussenstop, vooral omdat ik de naam van die metrohalte zo mooi vind: Sunny Bay. Hier moeten we wel een kijkje gaan nemen. Inderdaad: hier is een baai en er is zelfs nog een beetje avondzon. Alleen de vliegtuigen boven ons verraden dat we toch echt in een drukke stad zijn.
Daar, bij Sunny Bay, zien we de zon in de zee zakken. Om ons heen zijn nauwelijks mensen. Het is even stil geworden. Ook dát is Hongkong.
