Na een korte nacht, worden René en ik wakker door de bewegingen van de boot. Als ik door het raam kijk, zie ik het landschap van Ha Long Bay aan mij voorbij glijden. Blijkbaar varen we snel ergens naartoe.

Met slaperige oogjes melden we ons bij het ontbijt. Ook de Britten zijn er al. Ze zijn lichtelijk in paniek, omdat de Amerikaan nog diep in slaap is en moeilijk wakker te krijgen is. We moeten al vroeg in actie komen vandaag, want het is de bedoeling dat we rond 8.00 ergens op een heuvel (Titop Mountain) moeten staan. Deze heuvel biedt uitzicht over de hele baai.
Zo'n heuvel beklimmen moet blijkbaar zo vroeg, omdat je anders onder de voet wordt gelopen door de mede-toeristen.Onze gids besluit om de Amerikaan te wekken. Ik weet niet hoe hij dat voor elkaar heeft gekregen, maar even later is de hele groep compleet en kunnen wij de boot verlaten om Titop Mountain te beklimmen.



Rustig peddelen we langs stranden, door grotten en in een lagoon met groen gekleurd water. Wat is de omgeving van Ha Long Bay toch mooi. In de lagoon is het helemaal stil. We horen alleen het geluid van onze peddels. Af en toe roepen de Britten iets geks, omdat dit terug wordt geëchood.

's Avonds hebben we een overnachting in Cat Ba. Volgens de reisgidsen is Cat Ba een rustig plaatsje. Niet dus: iedereen is hier. We komen aan bij een reusachtig hotel, met een enorme muziekinstallatie en mega-barbecue voor de deur. De overgang van zo'n rustige kajak-tocht naar zo'n volgepropte plek kunnen zelfs de Britten moeilijk verdragen. De hele groep is flabbergasted. Het wordt tijd om die reisgidsen een update te geven...
Door alle verwarring valt onze groep uiteen. De Britten gaan samen met de Amerikaan naar een nachtclub. (Recensie: "It was really really bad...") De anderen zien we niet meer terug. René en ik besluiten om Cat Ba te verkennen (druk!) en een hapje te eten. We belanden op een terras waar ze prijzige en niet zo lekkere pizza's serveren. Terwijl ik een poging doe om al dat vet tot mij te nemen, hoor ik dat er aan het tafeltje naast ons, Nederlands wordt gepraat. René en ik zeggen maar even niks. 😳
Als de Nederlanders vertrokken zijn, wordt hun tafeltje ingenomen door een Vietnamees stel, waarvan de vrouw telkens een blik op ons werpt. Als ik een servetje wil pakken dat half op hun tafel terecht is gekomen, grijpt ze haar kans om ons aan te spreken. Ze vraagt waar we vandaan komen en dan volgt er een enorme woordenstroom. Af en toe knikt haar man een beetje mee, terwijl zij haar verhaal doet.
De vrouw vindt het fantastisch dat ze eindelijk Nederlanders tegenkomt. Waarom hebben we eigenlijk geen tulpenbollen bij ons?René en ik hebben zojuist geconstateerd dat het stikvol zit met Hollanders. Voor de vrouw is het echter voor het eerst dat ze met ‘echte’ Nederlanders praat. Ze vindt Nederland een geweldig land en dan vooral de tulpenbollen. Deze bollen zouden we eigenlijk moeten verkopen in Vietnam...

De vrouw neemt afscheid en wij zoeken onze hotelkamer weer op. Hoewel ons uitzicht op Cat Ba prima is vanaf het balkon, missen we ons uitzicht van vanochtend. Gelukkig gaan we morgen terug naar Ha Long Bay.